(geb. Goes 9 mei 1924).
Journalist. Begon zijn loopbaan bij de Provinciale Zeeuwse Courant in 1947, sinds 1955 was hij er adjunct-hoofdredacteur, later hoofd-redacteur. In 1978 hoofdredacteur van de Sijthoffbladen (Haagsche Courant, Rotterdamsch Nieuwsblad en Goudsche Courant).De Zeeuwse prijs voor kunsten en wetenschap werd hem in 1978 verleend ‘voor zijn langdurige en uitzonderlijke verdiensten voor Zeeland als journalist/publicist over culturele en maatschappelijke aspecten van Zeeland in de ruimste zin’. Hij is door zijn lidmaatschap van verschillende besturen, zoals Gemeenschappelijke persdienst, Nederlands genootschap van hoofdredacteuren, Omroepraad, Raad van beheer ANP enz., landelijk sterk bij de publiciteitsmedia betrokken.
In zijn bundel ‘Sporen in de slik’ (1973) worden karakteristieken van Zeeuwen en Zeeland gegeven. Verder moeten worden genoemd ‘Van nabij en verre’, een gedenkboek van de Zeeuwse Landbouw Maatschappij (1944-1965) en een boek over de geschiedenis van de Koninklijke Maatschappij De Schelde, ‘De Koninklijke weg’ (1975). Zijn commentaren en hoofdartikelen in de Provinciale Zeeuwse Courant waren in Zeeland gezaghebbend. Hij onderschreef wat de dichter Van Schagen zei: ‘Om dus goed met ons (Zeeuwen) te verkeren, moet u wat manoeuvreren leren...’
