(Bergen op Zoom ± 1580- Zierikzee 20 jan. 1649). Predikant.
Stond achtereenvolgens te Haamstede en te Zierikzee. Met Hermannus → Faukelius woonde hij wegens Zeeland de kerkelijke vergadering van 23 juli tot 3 augustus 1616 te Amsterdam bij. Het volgende jaar werd hem door Maurits verzocht naast Walaeus en Jacobus Trigland de gemeente 'sGravenhage te dienen.Hij was assessor der Zeeuwse synode van 9 tot 13 oktober 1618. Deze synode vaardigde hem af naar de synode van Dordrecht. Voor zijn geschriften, zie bibliografie.
LITERATUUR
Rogge, Bibliotheek van Remonstrantsche geschriften, 48. Kobus en De Rivecourtlii. VanDoorninck, Vermomdeen naamloze schrijvers I, 496. Duker, Voetius. Van Alphen, Kerkelijk handboek 1909, bijlage 131, 155. Cramer, De theologische faculteit, 3,105,107,116-128,323.
Meindertsma, De gereformeerde kerk. N.N.B.W. X. Meertens, Letterkundig leven.