Encyclopedie van Zeeland

Kon. Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (1982)

Gepubliceerd op 24-11-2020

Eduard FLIPSE

betekenis & definitie

(Wissenkerke 26 febr. 1896-Etten Leur 12 sept. 1973). Dirigent.

Begon zijn muzikale opleiding bij Otto Lies, een componist en toonkunstdirecteur te Goes. Studeerde vervolgens bij de koordirigent A.B.H. Verhey, de componist H. Zagwijn en de orkestdirigent E. Cornelis. Aanvankelijk koordirigent en kapelmeester van harmoniekorpsen.

Na zijn succesvolle pleinconcerten met de harmonie van het Rotterdams Philharmonisch Genootschap, werd hij in 1928 tweede en in 1930 eerste dirigent hiervan. Hij leidde in die functie het Rotterdams Philharmonisch Orkest (vanaf 1937 een stichting van die naam) tot zijn afscheid in 1965. Dit orkest kreeg onder zijn leiding internationale bekendheid. Flipse besteedde veel aandacht aan eigentijdse Nederlandse componisten. Ook gaf hij jonge, beginnende componisten de kans hun werken te laten horen. Het aantal bezoekers van de concerten steeg in het seizoen 1930/’31 van 150 tot 2400.

Hij was gastdirigent o.a. te Rome, Warschau, Boedapest, Helsinki en Mexico. Na zijn afscheid bij het Rotterdams Philharmonisch Orkest deed de Antwerpse Philharmonie een beroep op hem. Hij bracht dit orkest in slechts enkele jaren op internationaal niveau. Daarbij vertolkte hij, evenals te Rotterdam, de Nederlandse en Belgische eigentijdse componisten.LITERATUUR

Kossmann, Eduard Flipse. Paap, In memoriam Eduard Flipse.

< >