Polder gelegen in de gemeente → Hulst (tot de herindeling in 1970 in de voormalige gemeenten Hulst en → St.-Jansteen). Maakte deel uit van het voormalig Waterschap Absdale-, Riet- en Wulfsdijk en is thans opgenomen in het in 1965 opgerichte → Waterschap Hulster Ambacht.
Oppervlakte ca. 727 ha; hoogteligging van 0,6 m N.A.P. tot 2,4 m + N.A.P. De afwatering geschiedt sinds 1972 via gemaal Paal (→ Kleine Molenpolder).In de polder liggen een zuidelijk deel van Hulst en in de zuidwesthoek een deel van → Absdale. In het noorden van de polder loopt de Oude Vaart, in het zuiden de Berchemse Kreek.
In 1299 kochten de monniken van de abdij van Ter Duinen van de Vlaamse graaf ongecultiveerd land, veengronden en moerassen ten westen van Hulst. Dit gebied noemden zij ‘Abbatis Vallis’ (dal van de abt). De naam Absdale komt echter reeds vroeg voor in het eind-12e-eeuwse Middelnederlandse dierenepos ‘Van den Vos Reynaerde’ (→ Reinaard de Vos). Kaarten van ca. 1575 geven slechts in het noordelijk deel bedijking weer (Vergeltpolder).
Na de grote militaire inundaties in 1584/85 zal Absdale een zekere vorm van bescherming tegen het zeewater hebben gekend, daar bij het beleg van Hulst in 1596 vermeld wordt dat o.a. Absdale onderwater werd gezet. In 1617 vond, samen met de ‘Hulster Nieuwlandpolder, een herdijking plaats (de Plattedijk is hiervan een overblijfsel). Door een militaire inundatie, tijdens de oorlog met Frankrijk (1672/78), overstroomde de Absdalepolder. Door meningsverschillen mislukten verschillende pogingen tot herdijking. Een gedeelte, tussen de huidige Steense Dijk en de Oude Gentsche Vaart, werd in 1683 bedijkten, als ‘Oversprong van Absdale’ bij de ‘Clingepolder gevoegd.
Om een grotere uitschuring van de vaart naar Hulst te verkrijgen, werd in 1743, in het verdronken land, een ‘tragel opgeworpen, waarvan de Hoge Weg nog een overblijfsel is. De uiteindelijke bedijking van de Absdalepolder, samen met de ‘Riet- en Wulfsdijkpolder, geschiedde in 1789. Daar in Absdale tot vóór de ruilverkaveling (ruilverkaveling Koewacht) nog perceelgrenzen van vóór 1672 voorkwamen, mag aangenomen worden dat de gronden, tijdens de inundatie, geëxploiteerd konden worden. Eveneens kwam er toen bewoning voor op stellen (natuurlijke of kunstmatige verhogingen in het terrein waar bijv. een schaapskooi stond). De in de polder gelegen Stellestraat herinnert hieraan.
Toen de Franse legers ons land bedreigden, werd de polder in 1794 weer geïnundeerd. Een laatste militaire inundatie onderging de polder (gedeeltelijk) tijdens de Duitse bezetting in 1944.
LITERATUUR
P.J. Brand, Hulst. K.J.J, Brand, Vos Reynaerde, 27. Wilderom, Tussen afsluitdammen IV, 154. Zelandia IIlustrata XII, 726.
