(Schiedam 21 nov. 1805-Middelburg 28 jan. 1883). Onderwijzer.
Behaalde in november 1836 als onderwijzer de zeldzame eerste rang te Middelburg, waar hij van 1834-1875 hoofdonderwijzer was aan de school voor minvermogenden, aan de Normaalschool, waarvan hij directeur werd, evenals van de in 1840 mede door hem opgerichte stedelijke bewaarschool; hij bezat het geduld en het talent zgn. onhandelbare jonge mensen te onderrichten. Sinds 1840 gaf hij tevens les aan de Industrieschool en was hij lid van de examencommissie voor a.s. stuurlieden. Schreef diverse, veel gebruikte schoolboeken, o.a. Wis- en Werktuigkundig rekenboek, 1847; Beginselen der Meetkunde, 1849 en Eerste gronden der algebra, 1849. De in 1843 door hem uitgegeven zgn. blinde schoolkaart: Kaart van Zeeland voor school- en huisonderwijs in 9 bladen (Zelandia Illustrata I, p. 31) bleek een zeldzaamheid en berust thans in het bezit van het Zeeuwsch Genootschap.LITERATUUR
Nagtglas, Levensberichten. N.N.B.W. VU.