(Breda 1948), zangeres, dochter van componist/ organist Louis Toebosch; studeerde zang en gitaar en aan de Kunstacademie te Breda modetekenen; maakte haar debuut bij De Trapkes in 1967, trad op in muziektheaterprogramma’s en in films van Frans Zwartjes (Spare Bedroom (1969), Eating (1970), Audition (1974), Pentimento (1979), In extremo (1981). Zij presenteerde op televisie de serie „Aanvallen van uitersten” in het kader van het Holland Festival 1983; bij de Brabant Biënnale te Tilburg de 60 meter lange voetgangerstunnel in het centrum van de stad; in 1981 te Vlissingen een Nieuwjaarsevenement, waarvoor zij ook enkele composities maakte.
Tijdens het claxonfestival te Utrecht bracht zij „Mein Schrei” ten gehore. In december 1980 werd zij met zeven anderen door het ministerie van CRM en de Stichting De Appel naar New York uitgezonden, waar zij succes oogstte met „Exhibition I, II and may be III”. Van haar eigen muziektheaterprogramma’s zijn de bekendste: „De electriciteit”, „Regina”, „De aanraker”, „Met Moniek en Michel door de kerstnacht”, „Avonden met Moniek en Michel”, „Ze zeggen dat ze zingt” (solo), „Tentoonstelling I en II” (solo). Met de Stichting De Appel bracht zij „Joyful Anticipation” ten tonele. Bekend om haar „installaties” en performances. Buiten de bovengenoemde trad zij op in de films: De mantel der liefde (1978), De meester endereus(1980)en in De smaak van water (1982).Bron: Piet Hein Honig, Acteurs en Kleinkunstenaars Lexicon.