Encyclopedie van Noord Brabant

Anton van Oirschot (1985-1986)

Gepubliceerd op 20-10-2020

SONNIUS, FRANCISCUS

betekenis & definitie

(Son 1506-Antwerpen 1576), theoloog, inquisiteur en bisschop, ook Frans van de Velde geheten, een van de beroemdste inwoners van Son. Studerend in Den Bosch, Utrecht en Leuven, eerst geneeskunde, daarna theologie.

In 1539 haalde hij zijn doctorstitel, werd hoogleraar en in 1543 rector van de Leuvense universiteit. Als actief bestrijder van de reformatie nam hij deel aan het Concilie van Trente (1547). Daarna, kanunnik van de Utrechtse Dom, werd hij door Karel V aangesteld als inquisiteur van Holland, Zeeland en Friesland (1549). In 1560 werd hij de eerste bisschop van ’s-Hertogenbosch, maar werd daar door burgerij en geestelijkheid niet enthousiast ontvangen. In 1566 na de beeldenstorm moest Sonnius de wijk nemen. In 1569 dook hij op in Leuven, maar kreeg van landvoogdes Margaretha van Parma opdracht naar Den Bosch terug te keren.

Eerst in 1568, toen Alva in de stad was, kon Sonnius er zijn gezag vestigen. In 1570 werd hij bisschop van Antwerpen, waar hij zijn ideeën ook met behulp van Alva doorzette. In 1576, machteloos door geldgebrek en wantrouwen, stierf hij. Zijn wapen droeg de afkorting S.O.N.: Sine Onere Nihil, niets zonder moeite. Maar zijn leven stond in het teken dat ook met veel moeite soms maar weinig wordt bereikt.

< >