(Amsterdam 1805-Pella (V.S.) 1868), predikant, was in 1833 Nederlands Hervormd predikant in Genderen en Doeveren; speelde een grote rol bij de Afscheiding van 1834/35, waardoor de afgescheidenen ook wel Scholtianen werden genoemd; hij was een der gangmakers van de club van Scholte, die in Leiden ontstond; afkomstig uit een gegoed gezin, dat tot de Hersteld Lutherse gemeente behoorde; legde later belijdenis af in de N.H. kerk; was een overtuigd volgeling van Bilderdijk. Scholte werd herhaaldelijk aangeklaagd, zelfs provisioneel geschorst in 1834.
Binnen drie dagen kwam hij met een deel van de kerkelijke gemeente van Genderen en Doeveren met de „Acte van Afscheiding”, die een rol ging spelen in het hele land, zelfs zo dat gesteld werd, dat er zonder Scholte nooit een afscheiding zou hebben plaatsgevonden. Vele predikanten volgden hem. Scholte had een eigen tijdschrift: De Reformatie. Met vele afgescheidenen trok hij in 1847 naar de Verenigde Staten, waar zij in Pella, Iowa, een nederzetting stichtten. Over hem zijn enkele werken gepubliceerd.Bron: De Gast, De Afscheiding; Nijhoffs Gesch. Lex.