vroegere heerlijkheid in het noordoosten van Noord-Brabant, waartoe naast de vestingstad Ravenstein de dorpen Uden, Bedaf, Volkel, Boekel, Zeeland, Velp, Reek, Herpen, Schaijk, Huisseling, Deursen, Dennenburg, Demen en Langel behoorden. Oorspronkelijk Herpen geheten, kwam de heerlijkheid door huwelijk in bezit van de heren van Cuijk en begin 14de eeuw in dat van de Van Valkenburgs.
Walraven van Valkenburg, zoon van Jan van Valkenburg en Maria van Herpen, stichtte omstreeks het midden van de 14de eeuw het kasteel Ravenstein, waarnaar de stad en de heerlijkheid later werden genoemd. Walraven kwam met hertog Wenseclaus in conflict over de leenroerigheid aan Brabant, doch zijn broer en opvolger Reinout verhief het leen op aandrang van de hertog in 1378. Nadat Reinout kinderloos was gestorven kwam Ravenstein aan zijn neef Simon van Salm. Deze echter was niet lang in het bezit van de heerlijkheid, want in 1397 werd hij door Adolf, hertog van Kleef, gevangen genomen en moest als losgeld Ravenstein aan Kleef afstaan. Jan I van Kleef gaf de heerlijkheid in 1450 aan zijn broer Adolf, wiens nazaten haar bezaten tot 1527, toen zij door het overlijden van Philips weer aan Kleef terugviel. Na de dood van Johan Wilhelm hertog van Gulik, Kleef en Berg in 1609 maakten verschillende families aanspraak op de erfenis, t.w.
Brandenburg, Pfalz-Neuburg, Zweibrücken, Saksen en andere. Brandenburg riep de hulp in van de Staten, die in maart 1621 het stadje Ravenstein lieten bezetten. Ook werd in 1624 Ravenstein bij verdrag aan Brandenburg toegekend, doch bij een nieuwe overeenkomst (1630) aan Palz-Neuburg afgestaan. Na het uitsterven van het laatstgenoemde huis in 1742 kwam Ravenstein aan Pfalz-Sulzbach, dat de heerlijkheid behield, tot in 1794 de Fransen er beslag op legden. Zij kwam toen aan de Franse republiek en werd vervolgens ingedeeld bij het Departement-van-de-Roer, totdat deze streek, met Gemert, Megen en Boxmeer, in 1800 aan de Bataafse republiek werd afgestaan. Na 1815 bleef Ravenstein Nederlands.Bron: Witkamp’s Aardrijkskundig Woordenboek, 1895.