Encyclopedie van Noord Brabant

Anton van Oirschot (1985-1986)

Gepubliceerd op 20-10-2020

NICASIUS VAN HEEZE (NICASIUS HESICS)

betekenis & definitie

(Heeze ± 1515-Brielle 1572), een van de negentien martelaren van Gorcum: neef van de bekende Dirk van Heeze, die secretaris van de Nederlandse paus Adriaan VI en later kanunnik te Luik w7as. Onder de naam Nicasius Hesius werd hij op 29 augustus 1530 ingeschreven aan de universiteit te Leuven.

Na de Artes doorlopen te hebben studeerde hij godgeleerdheid aan het Paus Adriaan-college en legde zijn gelofte af bij de Minderbroeders in Leuven. Na in Leiden te hebben gewoond, werd Nicasius biechtvader bij de zusters Tertiarissen te Haarlem; blijkens een getuigenis van de tertiaris Krijntje Gerrits uit 1628 is komen vast te staan dat Nicasius in het jaar 1561 te Haarlem verbleef. Zeker is ook. dat hij zich te Gorcum bevond toen de Bosgeuzen, na de verovering van Den Briel, deze stad bezetten en elf minderbroeders, onder wie Nicasius, gevangen namen. Op bevel van Willem van der Marck, zijn zij, na op afschuwelijke wijze te zijn gemarteld, in de nacht van 8 op 9 juli 1572 in Den Briel opgehangen, dit tegen de uitdrukkelijke wil van Willem van Oranje. Paus Pius IX verklaarde hen op 29 juni 1867 alle negentien heilig.Ter nagedachtenis aan Nicasius is in Heeze een kapelletje gebouwd in de Kreyl, waar jaarlijks op 9 juli een herdenking wordt gehouden.

Veel ,.sermoenen" en „boeckskens" zijn door Nicasius uit het Latijn vertaald in de volkstaal. Eén vertaling is bewaard gebleven, ,,De heymelicke Spraecke” naar het Soliloquium van de Windesheimer kanunnik Gerlacus Peterssen. Daar het bijna onleesbaar was door de te strakke vertaling uit het Latijn is het nadien omgezet door Jan van Gorcum in vloeiender Nederlands als „De innighe Alleensprake".

< >