(Amsterdam 1901), kloosternaam van zuster Jesualda Kwanten, lid van de Tilburgse Congregatie van de Zusters van Liefde, bekend als beeldhouwster te Tilburg; maakte o.m. bronzen ning. De hulp zou in nauwe relatie moeten staan met het natuurlijke milieu van de jeugdige.
De kritiek richt zich dan ook in het bijzonder op het uithuisplaatsen van jongeren.De overheid sluit zijn beleid hierop aan door meer nadruk te leggen op preventie en ambulante hulpverlening. Tevens wordt aangedrongen op samenhang en samenwerking en een gezamenlijke verantwoordelijkheid van welzijns- en gezondheidsorganisaties. Jeugdhulpverlening onderscheidt zich door het tijdelijke karakter van de hulp van bijvoorbeeld de permanente zorg voor geestelijk en/of lichamelijk gehandikapten.
In Noord-Brabant is een groot aantal organisaties in de jeugdhulpverlening werkzaam. Zowel voorzieningen die zich richten op een brede populatie, als ook zeer specifiek gerichte voorzieningen: een breed scala aan ambulante, semi-residentiële en residentiële voorzieningen. Binnen de ambulante zorg zijn o.m. te noemen het Algemeen Maatschappelijk Werk, Regionale Instellingen voor Ambulante Geestelijke Gezondheidszorg (RIAGG), Jongeren Adviescentra (JAC), Adviesbureaus voor jongeren en ouders, Sociaal Pedagogische Diensten, (gezins-)voogdij-instellingen en voorzieningen voor ambulante kinder- en jeugdpsychiatrie. Daarnaast zijn er voorzieningen voor dagbehandeling: medische kleuterdagverblijven, dagbehandelingscentra voor schoolgaande jeugd (Boddaertcentra), en kinder- en jeugdpsychiatrische dagbehandeling.
Binnen de residentiële zorg zijn er in de provincie Noord-Brabant plus minus 1400 plaatsen, verdeeld over een groot aantal categorieën van voorzieningen. Variërend naar de leeftijdsgroep die wordt opgenomen als naar de aard van de problematiek: Medische kindertehuizen, internaten voor opvang en behandeling, kinder- en jeugdpsychiatrische klinieken, internaten voor licht-geestelijk gehandikapte jeugdigen, instellingen voor alleenstaande ouders en hun kinderen, crisisopvangcentra, voorzieningen voor begeleide kamerbewoning, e.d.
Een andere tak binnen de jeugdhulpverlening wordt gevormd door de pleegzorg. Ook hier treft men een groot aantal variëteiten aan, afgestemd op de hulpvraag van ouders en jeugdigen: o.a. kortverblijfgezinnen, gastgezinnen en pleeggezinnen voor meer permanent verblijf.
In de jeugdhulpverlening wordt onderscheid gemaakt tussen vrijwillige en niet-vrijwillige hulpverlening. Deze laatste staat beter bekend onder de naam kinderbescherming. Onder bepaalde omstandigheden kan de kinderrechter een maatregel treffen, een onder toezicht stelling, een ontheffing of ontzegging uit de ouderlijke macht en verplichte hulpverlening opleggen, ter bescherming van de belangen van de jeugdige.
Bron: Jeugd- en jongerenraad Nrd-Brabant.