(Krabbendijke 1855-Breda 1926), werd beroepsmilitair. in 1907 luitenant-kolonel; nadat hij in 1913 was gepensioneerd ging hij zich geheel toeleggen op historische studies, m.n. over Zuid-Beveland, het schrijven van feuilletons, die o.m. in de lerseke Courant verschenen, en het boek Jillis de schaepwachter (1920). Bron: Ene. v.
Zeeland.