Encyclopedie van Noord Brabant

Anton van Oirschot (1985-1986)

Gepubliceerd op 20-10-2020

ELSEN, GERLACHUS VAN DEN

betekenis & definitie

(Gemert 1853-Heeswijk 1925), uit boerengeslacht, stud. aan Latijnse school te Gemert, trad in in de Norbertijner Abdij van Berne te Heeswijk; werd priester gewijd in 1876 doceerde bijbelexegese aan nieuwe novicen, werd kapelaan in Berlicum, keerde in 1880 terug naar de abdij om weer te doceren en het archief te ordenen; werd al spoedig volksschrijver van artikeltjes, die in 1892 en 1894 gebundeld werden.

Hij schreef ook de levensgeschiedenis van de H.Norbertus, en daarnaast vele artikelen in wetenschappelijke tijdschriften, en de Geschiedenis van de Latijnsche School te Gemert. Van den Eisen was hoofdredacteur van Het Offer, werd lid van de Maatschappij der Ned.Letterkunde, maar bedankte enkele jaren later daarvoor middels een open brief in de Noordbrabander, omdat katholieken werden geweerd. Was mede-oprichter en eerste rector van het gymnasium in Heeswijk. Hij zou echter vooral bekend worden als voorvechter van de Noordbrabantse Christelijke Boerenbond, waarvan hij mede-oprichter en geestelijk adviseur was, terwijl hij ook betrokken was bij de oprichting van plaatselijke afdelingen (gaf in 1899 meer dan 150 lezingen over heel Brabant verspreid). Van het Maandblad, sinds 1899 weekblad, van de NCB was Van den Eisen van 1896 tot 1919 hoofdredacteur. Hij was ook betrokken bij de oprichting van boerenleenbanken, van de organisatie van de kath.middenstand in het bisdom, en bij het landbouwonderwijs.

Hij kreeg de eretitel van „boerenapostel”. Van den Eisen was officier in de orde van Oranje-Nassau. Naar hem werd Elsendorp genoemd. Het ligt in de bedoeling in zijn geboortehuis een boerenbondmuseum „Pater van den Eisen” in te richten. Bron: Peter v.d. Eisen: Boerenapostel pater Gerlachus van den Eisen, 1983.

< >