zuster te Binderen bij Helmond, die daar omstreeks 1632 in de „geur van heiligheid” zou zijn gestorven. Het stof van haar grafsteen werd door de zusters van het klooster verzameld en met goed gevolg gebruikt tot genezing van allerlei ziekten.
Na de dood van de laatste der uitgedreven zusters in 1680 raakte haar nagedachtenis in vergetelheid. Haar grafsteen werd omstreeks 1760 opgebroken en weggevoerd, zou o.m. gediend hebben voor dijkherstel in Zeeland.
Bron: J. Heeren in Brabantia 1957.