klooster te Oosterhout van de Norbertinessen, oorspr. kasteel De Blauwe Camer, dat in 1647 een nieuwe bestemming kreeg als toevluchtsoord van de Norbertinessen, die hun klooster te Breda (de huidige Kloosterkazerne) moesten verlaten. De naam was meegebracht uit Vroenhout bij Wouw. waar in het midden van de 13e eeuw het klooster was gesticht; de naam bleef ook in Breda behouden, waaruit de zusters in de 17e eeuw verdreven werden.
Zij trokken toen naar de Blauwe Camer onder Oosterhout. Het slotje werd in 1645 aan de Norbertinessen verkocht. Het huis werd ingericht als proosdij. De zusters zijn in 1672 weer teruggegaan naar Breda, maar moesten hun klooster in 1679 opnieuw verlaten. Zij bleven wel een nauwe band met het huis van Oranje-Nassau behouden. Vanuit het klooster in Oosterhout werden stichtingen voorbereid in Neerpelt en in Petropolis in Brazilië.In 1816 kreeg het klooster St.Catharinadal zijn eerste kerk, een waterstaatskerk, die in 1904 door een neo-gotische zou worden vervangen, die in 1926 weer ingrijpend werd verbouwd. In 1964 werd een nieuwe kerk bij het uitgebreide klooster neergezet. St.Catharinadal werd o.m. bekend door het kunstatelier, vooral caligrafisch werk en boekenrestauraties.
Bron: A.v.O.: Sint Catharinadal, Kastelengids.