(Boxtel 1748-Schijndel 1831), was apostolisch vicaris van 1790-1831. Van Alphen werd in 1872 kapelaan te Schijndel; na benoemd te zijn tot pro-vicaris werd hij in 1790 vicaris.
Kocht in 1798 kasteel Nieuw-Herlaer te Sint-Michielsgestel om er een seminarie te vestigen.Hij verbood per brief het zingen in de kerken van het „salvum fac imperatorem” voor keizer Napoleon en het „te Deum” bij het kerkelijk huwelijk van Napoleon met Marie-Louise. Werd mede daarom op bevel van Napoleon gearresteerd en in Frankrijk gevangen gezet. Napoleon richtte toen het bisdom 's-Hertogenbosch op en benoemde Van Camp tot bisschop. Van Alphen werd tot 1813 in Vincennes gevangen gehouden. Werd bij terugkeer bejubeld. Hij heeft zich steeds sterk afgezet tegen kloosterlingen.
Van Alphen kreeg van de paus een lofbrief. Kocht in 1815 het landgoed Veebeek in Berlicum om er een seminarie te vestigen; in 1817 werd het seminarie verplaatst naar Sint-Michielsgestel. waar het landgoed Beekvliet door Van Alphen was aangekocht. Het seminarie werd van 1825 tot 1829 door koning Willem I verzegeld.
Bron: A. M. Frenken: Antonius van Alphen in Bossche Bijdragen XIX; dr. W. v.d. Hurk: Het verborgen leven van de abdij van Berne, 1977.