Boezemwaterschap in Opsterland (300 ha), opgericht 1920 om aan de gem. 40 pct. bij te dragen in de kosten van verharding van de M.-weg en om zelf enkele wegen, o.a. de Middenweg, te verharden en te onderhouden.
Meningsverschillen onder de ingelanden verhinderden uitvoering der werken door het waterschap. Het duurde jaren, eer deleggervan stemgerechtigden, tevens basis voor de heffing van omslag, klaar was. Ten slotte bleek niemand der ingelanden bereid een bestuursfunctie te aanvaarden. De gem. wachtte op de haar toekomende bijdrage voor de gereedgekomen ikf.-weg. Om de ingelanden te dwingen aan deze verplichting te voldoen, werd bij Statenbesluit van 23.7.1936 het waterschapsreglement zo gewijzigd, dat het als enige taak kreeg over 30 jaar deze schuld af te betalen. Ingelanden werden uitgeschakeld.
Het bestuur, door Ged. Staten benoemd, staat onder hun rechtstreeks toezicht. Zodra de schuld is betaald, kan het waterschap verdwijnen.
Zie: J. P. Winsemius, Historische ontwikkeling (1947); Bestuurswaterschappen iii (1949).