Encyclopedie van Friesland

Prof. Dr. J.H. Brouwer (1958)

Gepubliceerd op 22-01-2020

KARWIJ

betekenis & definitie

(Fr.: karwei). Plant.

Een der ‘fijne zaden’, om het zaad geteeld (voor kummelbereiding). Beteelde opp. was in Frl. beperkt: 1880-1950 gemiddeld 40 ha.

De teelt neemt toe: 1956 89 ha in Kollumerland, Oostdongeradeel, Wonseradeel. K. wordt onder erwten of vlas ingezaaid en het volgend jaar geoogst.K. is vaak verwilderd aangetroffen.

< >