Verouderde naam voor rondreizende Westfaalse kooplui in fijn linnen, later ook in andere kledingsstofïen. zie Lapkepoepen.
Zie: F. Schöne Fzn, Wat een handelsman in Frl. beleefde. Ervaringen op zijn vele reizen door Frl. (1929); H. Aukes, Kath. Fr. geslachten (1941), 75-90; Volksche wacht VII (1942), nr. 4-5; It Fr. Folk 11 (1943), 159-161.