Engels radicaal politicus, handelskenner, polyglot en romantisch dichter (1792— 1872). Bezocht bij verblijf in Frl. (okt. 1828) o.a. jhr.
Aebinga van Flumalda, R. Posthumus, E.
Halbertsma en het gezelschap Constanter; schreef reisbrieven (Ned. vertaling van A. Telting, 1830) en artikelen over Fr. literatuur met Engelse vertalingen.
Moeilijkheden, vooral na zijn kiezen voor de Belgische opstand.Zie: Wumkes, Bodders, 445-452; De Gids (mei 1930); G. Dijkstra, E. Halbertsma (1946), 49-56; enkele van zijn vertalingen in: É. Howard Harris, The literature of Friesland (Assen 1956), 39-44, 47-48.