juristarcheoloog (Assen 22.11.1873-). Uit Fr. familie.
Na zijn promotie (1897) advocaat te Lwd. Door zijn vader W.
B. S.
B. in de kring van het Fr. Genootschap.
Studeerde archeologie en numismatiek. Was van 1897-1916 beheerder van het Fr.
Museum en de bibliotheek, later conservator der archeologische en numismatische afdelingen. Met een tussenpoos van1918-26 (rechter te Arnhem) te Lwd. werkzaam. Internationaal bekend archeoloog. Het Fr. Museum door hem in het buitenland bekend. Liet met A. E. van Giffen, die meer veldarcheoloog is, de oudheden der terpen spreken, zie Terpen.
Wrk.: Friesland tot de elfde eeuw (Den Haag 1927, 2i95i), Gidsen van het Fr. Museum.
Zie: De Holl. Revue (1921), 809-818; Vr. F. XXVIII (1928), 334-352; Reg. Leeuw. Cour., 28; Repert., 37-40 (artikelen).
