Onder ‘zakkenhandel’ in de oorspronkelijke betekenis moet worden verstaan: de handel in zakken (vervaardigd uit jute, katoen, vlas en andere geweven stoffen) voor de verpakking van grondstoffen en eindprodukten in hoeveelheden van 50 tot 100 kilogram.
De zakkenhandel is ontstaan toen in het midden van de vorige eeuw grote hoeveelheden grondstoffen, zoals oliezaden, rijst, cacao enzovoort gezakt werden geïmporteerd voor de industrie in opkomst. In die tijd leverde het voormalige Brits-Indië als voornaamste leverancier jute zakken over de gehele wereld. Gesproken werd van ‘Jute carier of the world goods’.
De zakkenhandel bestond voor het grootste deel uit het kopen van door de fabrikanten leeggemaakte grondstoffen-zakken, welke daarna werden gereinigd en gesorteerd op kwaliteit, teneinde opnieuw te worden gebruikt voor eindprodukten, zoals meel, gepelde rijst, veevoeder enzovoort. De zakken die kapot waren, werden met de hand gerepareerd. De firma Hendrik de Boer Jbz hield zich hier, naast het veem- en factorsbedrijf (zie: →Zaans Veem), mee bezig. In het begin van deze eeuw werd de zakkenhandel een apart bedrijf (1917, hieruit kwam later de →Zaanlandse Zakkenhandel voort). In die tijd werd ook overgeschakeid op het machinaal reinigen en repareren door zakstopmachines.
De gekochte zakken die niet in de Zaanstreek werden hergebruikt, werden op beurzen in Amsterdam, Rotterdam en Leeuwarden verhandeld; ze werden gekocht door zowel verbruikers als collega-handelaren. Ook werden in het binnenland grote hoeveelheden rechtstreeks geleverd aan de verbruikers, zoals bijvoorbeeld de kunstmesthandel en fabrieken. Grote hoeveelheden lijnzaad-laplata zakken gingen naar de aardappel-exporteurs. Het verbruik van gebruikte zakken in Nederland lag vlak voor de Tweede Wereldoorlog op 50.000.000 stuks. Om aan de vraag te kunnen voldoen werden door de handel zakken uit omringende landen geïmporteerd, vooral uit Engeland. Daarnaast werden ook nieuwe zakken geïmporteerd uit België en Brits-Indië.
Thans, in de jaren ’90, is de handel in gebruikte zakken bijna volledig verdwenen. De zakkenhandel betrekt haar handelswaar vanuit Engeland, Ierland, België, China, Taiwan, Korea enzovoort. De jute is naar achter geschoven en hiervoor zijn in de plaats gekomen polypropyleen, polyethyleen en andere kunststoffen. Ook papier neemt een belangrijke plaats in. De zakkenhandel heeft deze soorten in voorraad en levert thans aan haar afnemers de zakken bedrukt met de door hen gewenste teksten en logo’s. Door het bulkvervoer heeft zij terrein moeten prijsgeven, maar een nieuwe markt werd gevonden in de zogenoemde ‘big bags’ die 10Ó0 tot 2000 kilogram kunnen bevatten en met vorktrucs en kranen eenvoudig zijn te verwerken, hetgeen bij het laden en lossen in havens veel tijd bespaart. Ook deze kunststoffen zakken kunnen worden bedrukt.
J W. de Boer