Een elke drie a vier jaar terugkerend fenomeen in de Veenkoloniën, waarbij in de winter onder droge omstandigheden en bij een harde, meestal oostenwind organische stof en vaak ook fijne zanddeeltjes door de wind van de kale akkers worden weggeblazen. Hierbij wordt de lucht bruin gekleurd en wordt het zicht voor het verkeer sterk verminderd.
Het verlies aan organische stof wordt geschat op een waarde van gemiddeld een miljoen gulden per keer. Aan pas ontkiemde gewassen op de akkers, zoals wintertarwe en bieten, en aan verwaaide meststoffen treedt een schade op van circa vijf miljoen gulden per keer. Daarnaast kunnen tijdens een stofstorm wegen worden bedekt met een dikke laag humus en zand en waaien sloten vol. De kosten van het schoonmaken van wegen en sloten bedraagt gemiddeld ongeveer anderhalf miljoen gulden per keer.
