(Bourtange 1919 - Schiermonnikoog 1988)
Journalist/spoorwegbeambte, later leraar (Winkler Prins Lyceum, later Rijksscholengemeenschap Winkler Prins te Veendam, 1959-1979). Groningstalige dichter/schrijver, streektaalactivist en ijveraar voor het (Groninger) regionalisme; stimulator van kerkdiensten in het Gronings. Oprichter van de Grönneger Bond (19741987). Meijer groeide op in diverse plaatsen, maar woonde het grootste deel van zijn leven in Veendam. Hij schreef gedichten, verhalen en kritische beschouwingen in Dörp en Stad, Cultureel Maandblad Groningen, Twijspaalk, Toal en Taiken en Krödde en leverde daarnaast bijdragen aan meerdere verzamelbundels. Redactielid van Twijspaalk, Maandblad Groningen en Leespakketten voor de basisscholen, medewerker Kemizzie Biebelvertoalen Nije Testament.
Meijer had jarenlang zitting in de Sectie Gewestelijke Cultuur van de Provincie Groningen en was tevens lid van het Algemeen Bestuur. Hij was lid van de Begeleidingscommissie Streektaalfunctionaris en later dagelijks bestuurslid van de Stichting Grunneger Toal. Lid van de Duitse Ollnbörger Schrieverkring, hij zag het Nedersaksisch taalgebied als één geheel.
In 1980 verscheen Gas en Toal, met eigen (veelal polemisch getinte) en vertaalde gedichten, in een op fonetiek berustende spelling. Hij ontwierp in 1981 een cursus Gronings voor niet-Groningers met dezelfde eigenzinnige spelling.
Zijn strijd voor Groningen en de Groningers, zijn verzet tegen de macht van de ‘Hollanders’, leidde uiteindelijk tot de oprichting van de Grönneger Bond (1974-1987), een federalistische, regionalistische politieke partij. Als politiek leider (Joenent veur Grunnen) slaagde hij er niet in een statenzetel te bemachtigen.
[Van der Veen]
Lit.: G. Voerman, ‘“Het is stoer de Grönnegers wakker te kriegen.” De lotgevallen van de Grönneger Bond’, GVA 1988, 142-160; G. der Veen, ‘Harm Hendrik Meijer' in: Van Dijk en Foorthuis, Vierhonderd jaar Veenkoloniën, 279-284 (een bijzondere, Groninger versie van deze tekst is opgenomen op: 145-150).