Nieuwe Groninger Encyclopedie

P. Brood, A.H. Huussen en J. van der Kooi (1999)

Gepubliceerd op 20-09-2021

Kuiler en drewes

betekenis & definitie

Architectenbureau van A.W. Kuiler en L.

Drewes te Groningen. In 1898 ontwierp het bureau de gereformeerde kerk in Sauwerd, een torenloos kerkje op T-vormige plattegrond in laateclectische trant. In 1920 volgde de grote Noorderkerk in Groningen op klaverbladvormige grondslag in een aan Tj. Kuypers verwante, maar meer historiserende stijl. In 1921 voegden zij aan de gereformeerde kerk (thans Maranathakerk) in Bedum het dwarspand toe. Bij het ontwerp voor de gereformeerde Oosterkerk (1927-1929) in Groningen was de Amsterdamse School het oriëntatiepunt.

De waaiervormige plattegrond leidde tot een groots en sterk plastisch stedenbouwkundig gebaar op de hoek van de Petrus Campersingel en de S.S. Rosensteinlaan. De hoofdgevel wordt begrensd door rond uitgewerkte trappartijen, waaruit twee torenachtige pylonen oprijzen. Een dakruiter met gebogen belijning bekroont de middenbeuk. De grote vensters, voorzien van kleurig glas-in-lood, corresponderen inwendig met de parabolische gewelven; preekstoel en orgel zijn als een geheel ontworpen in overheersend rechthoekige vormen. Onder hun niet-kerkelijke werken uit het interbellum in Groningen zijn de villa’s Hondsruglaan 21 en Quintuslaan 15, het Odd-Fellowhuishuis (1923) en de confectiefabriek Levie (1930), beide aan de W.A.

Scholtenstraat, alsmede de Incassobank, Vismarkt 54 (1923-1924) met op Egyptische en Assyrische sculptuur geïnspireerde versieringen. In Haren bouwden zij de Openbare Lagere School, Kerkstraat 4 (1927) en het huis Ter Borgsteeg 4 (1930). Het Clubgebouw aan de Meerweg in Paterswolde (1927) is het werk van Kuiler alleen.Zie ook gereformeerde kerkbouw.

Lit.: G. de Jong en K. van der Ploeg, ‘Gereformeerde kerkbouw in de provincie Groningen’, Groninger Kerken 10 (1993) 50-69, 90-107, hier 66-68.

< >