Gron.: Hörnhoezen.
Dorp in de gemeente De Marne ten W. van Kloosterburen. Ten Z. van Kloosterburen ligt bij de samenkomst van het Uilenestermaar en het Molenrijgstermaar de brug Hornhuistertil.
De kerk is in 1247 gesloopt; de toren bleef gespaard. De kerk is in 1850 herbouwd. In 1815 stortte de toren in; het middeleeuwse benedendeel is bewaard gebleven. Torenuurwerk (1679) door Gerck Elles en klok (1617) door Hans Falck van Nueremberg, in 1818 uit Ranum overgebracht. In de kerk avondmaalstafel en herenbank uit de 18de eeuw en veel grafzerken, vanaf rond 1500. Het in 1833 geplaatste orgel was oorspronkelijk een huisorgel te Delft. De borg Tamminga alhier is begin 19de eeuw afgebroken.
In de 13de eeuw Howerahusum, rond 1600 Hoerhusen; de naam betekent nederzetting op nieuw land (vroege Middeleeuwen), gesticht vanaf de wierde De Houw, ten W. van Leens.
Schimpnamen voor de inwoners: Törken en Hounder.
Lit.: K. Holstein en G. Smit, De kerk te Hornhuizen (Groningen 1998); Fotoboek Kloosterburen: Kloosterburen, Molenrij, Kleine Huisjes, Kruisweg, Hornhuizen (Kloosterburen 1989); Formsma, Ommelander borgen en steenhuizen, 176180; Korte Schets van de dorpen Hornhuizen-Kruisweg (Groningen 1962); J. Vinhuizen, ‘De borg Tamminga te Hornhuizen’, Maandblad Groningen 1918,123-131,189.