1. tegenover; gegenüber dem Rathaus, dem Rathaus gegenüber, tegenover het raadhuis; seinem Vater gegenüber ist er klein, vergeleken bij zijn vader is hij klein.
2. Gegenüber: vis-à-vis; overbuur.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: