1. bult, bochel; buil; rug; einem den Buckel voll lügen, iem. allerlei leugens op de mouw spelden; sie können mir den Buckel raufsteigen, (runterrutschen), ze kunnen naar de maan lopen.
2. knop, schildbeslag.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: