Bestellen

betekenis & definitie

bestellen; ontbieden; in orde brengen; benoemen; den Acker bestellen, de akker bewerken; das Essen bestellen, het eten gereed maken; Grüße bestellen, groeten overbrengen; sein Haus bestellen, alles regelen voor het sterven; eine Hochzeit bestellen, een bruiloft in orde maken; Plätze bestellen, plaatsen bespreken; ein reich bestellter Weinkeller, een rijk voorziene wijnkelder; so ist es mit der (um die) Sache bestellt, zo is het met die zaak gesteld; zum Vormund, zum Verteidiger bestellen, tot voogd, tot verdediger aanwijzen.