Duits woordenboek (DU-NL)

Dr. H. W. J. Kroes (1951)

Gepubliceerd op 05-09-2022

An

betekenis & definitie

aan; an die Gewehre!, aantreden!; an Ihrer Stelle, in Uw plaats; an einem Orte wohnen, in een plaats wonen; an einer Krücke gehen, met een kruk lopen; am Abend, ’s avonds; am Tode sein, op sterven liggen; etwas an sich bringen, iets in zijn bezit weten te krijgen; jetzt war es an dem, nu was het zover; an die tausend Mann, bij de 1000 man; die Tugend an sich, de deugd op zich zelve.

< >