Duits woordenboek (DU-NL)

Dr. H. W. J. Kroes (1951)

Gepubliceerd op 05-09-2022

Alt

betekenis & definitie

1. oud; Altes und Neues, oud en nieuw; die Alten, de Ouden (Grieken en Romeinen); mein Alter, mijn ouwe heer; meine Alte, mijn vrouw, mijn moeder; meine alte Dame, mijn moeder; der Alte, de(n) ouwe; altes Haus, ouwe jongen; alter Kämpfer, oudstrijder; lid van de Hitlerbeweging van vóór 1933.

2. alt, lage vrouwenstem.

< >