Drentsche spreekwijzen

Dr. J. Bergsma (1906)

Gepubliceerd op 17-04-2025

blössem

betekenis & definitie

Hoogeveen, R.wold blossem

bloesem, meest van boomen, maar ook van heidestruiken en boekweit. appelblössemzeegreuin − een onmogelijke kleur (Assen). dunderblössem (Dalen, Valte, Halen, Lhee, Weerdinge, R.wold) − kleine donderkoppen: de lucht bluit dan (Weerdinge), is bluierig (R.wold, Holl. Veld); dunderblui (Ann. kan.) − groote donderkoppen; groote wolken in 't najaar heeten te Borger sneiblössem. Blössem is ook een naam van huislook (Eext), huusloof (R.wold). Op de huid van een goed doorvoed paard komen na het uitharen vlekken, blössems genoemd (Borger).

< >