Doorloop over de ringmuur van een burcht of een vesting, aan de buiten- of veldzijde verdedigd door een gekanteelde borstwering. Oorspr. een tijdelijke houten constructie, op steekbalkjes uitgestoken ( (zie) hordijs). Later werd hij in steen uitgevoerd en soms gedeeltelijk uitgekraagd, zodat hij ook als (zie) werpgang dienst kon doen.
Aan de binnenzijde rust de weergang gewoonlijk op (zie) spaarbogen en steunberen. Meestal was de weergang open, maar hij kon overdekt zijn door dakschilden als hij geheel boven aan een burcht, toren of poort was aangebracht.