Christelijke encyclopedie

F.W. Grosheide (1926)

Gepubliceerd op 08-01-2020

Jarig

betekenis & definitie

In den Oud-Testamentischen offerdienst was het bij vele offers, vooral van geiten en lammeren, een wetsbepaling, jarige dieren te offeren, b.v. bij de wijding des altaars (Exod. 29 : 38), bij het plechtig brandoffer, dat bij den aanvang van den offerdienst werd gebracht (Lev. 9 : 3), bij het reinigingsoffer der moeders en melaatschen (12 : 6; 14 : 10), bij zekere zonden schuldoffers (Num. 6 : 12v.v.; 15 : 27; vgl. Micha 6:6); bij de dagelijksche brandoffers, de sabbat-offers, nieuwe maan- en feestoffers (Lev. 23 : 12, 18 v.; Num. 28 : 3, 9, 11, 19, 27; 29 : 2, 8, 13).

Bovenal moest ook het paaschlam éénjarig zijn (Exod. 12 : 5). jarig waren zij in den besten leeftijd, het vleesch het smakèlijkst, de baarmoeder nog niet gebroken. Een offerdier mocht niet te jong en niet te oud zijn, maar in de volle levenskracht.

De Heere wilde geen onrijpe vrucht maar ook geen afgeleefd dier.

< >