Christelijke encyclopedie

F.W. Grosheide (1926)

Gepubliceerd op 08-01-2020

Iconium

betekenis & definitie

(= beeldje), heeft den naam van kleine beelden, die Prometheus na den zondvloed zou hebben vervaardigd en die daarna door den wind levend zouden gemaakt zijn; volgens anderen van een beeld der Medusa, dat Perseus herwaarts bracht. De stad heet thans Konijah, en ligt op een meer dan 2800 voet hooge vlakte in het binnenland van Klein-Azië, in een zeer vruchtbare streek, aan een riviertje, dat de tuinen der stad bevochtigt en zich in deze verliest.

De ruïnen van Derbe liggen ongeveer 13 Duitsche mijlen in het Zuid-Oosten, en die van Lystre 5'/2 Duitsche mijl in het Zuiden van Iconium. De weleer tamelijk volkrijke stad werd door Joden en Grieken bewoond (Hand. 14 : 1, 19).

Zij was vroeger de meest Oostelijke stad van Frygië, later de hoofdstad van Lycaonië. Van 1096 tot aan de verovering door de Mongolen, 1308 na Chr., was zij de hoofdstad van het Seldjuksche sultanaat van Iconium of Rum.

De Duitsche keizer Frederik I had de stad, bij den derden kruistocht, 1190 n. Chr. ingenomen, maar spoedig weder verlaten.

Thans is zij de hoofdstad van het Turksche Karamanië, en heeft 50.000 inwoners. Paulus kwam met Barnabas op zijn eerste zendingsreis van Antiochië in Pisidië naar Iconium (Hand. 13 : 51), en stichtte hier een Christelijke gemeente.

Hij moest echter spoedig voor de vervolgingen der Joden en der op hunne hand zijnde overheid wijken (Hand. 14 : 6), eerst naar Lystre, waar hij op aanhitsing der Joden gesteenigd werd (vs. 19), en daarna naar Derbe (vs. 20). Van hier uit maakte hij echter weer over Lystre, Iconium en Antiochië in Pisidië denzelfden weg terug, en sterkte de gemeente innerlijk en ordende haar ook naar het uitwendige door het aanstellen van oudsten vs. 23).

Aan Timotheüs, die een goeden naam bij de broederen te Lystre en te Iconium had (Hand. 16 : 2), herinnert de apostel de vervolging en het lijden, hetwelk hem te Antiochië, Iconium en Lystre wedervoer (2 Tim. 3 : 11). De bisschoppen van Iconium waren sedert 451 na Chr. de metropolitanen van de kerkelijke provincie van Lycaonië, en bleven dit tot aan 1621.

< >