is de naam van het negende deel van de mis, dat bestaat in het zingen van twee of meer verzen, die veelal aan de Psalmen zijn ontleend. Ze worden door het koor gezongen na het lezen van de pericoop uit de brieven en wel eerst door een solo of eenige leden van het koor en daarna nog eens door het geheele koor.
In de tweede plaats wordt graduale gebruikt als naam van het boek, dat al de misgezangen bevat.