Christelijke encyclopedie

F.W. Grosheide (1926)

Gepubliceerd op 08-01-2020

August Hardeland

betekenis & definitie

Geboren 1814 te Hannover, kwam als Barmer missionaris in 1841 naar Borneo, richtte in 1843 in Bintang een station op en leerde de taal der Dajaks. Om het Christendom ingang te verschaffen onder de Dajaks sloeg hij voor om slaven los te koopen en daardoor aan den missionaris te verbinden.

In 1845 verliet hij Borneo, ging naar de Kaap en voltooide zijn vertaling van het Nieuwe Testament. Tevens nam hij deel aan den arbeid der Rheinische missionarissen in de Kaapkolonie, vervaardigde voor hen een Hollandschen Catechismus en bezocht al de stations in de Kolonie.

In 1849 keerde hij naar Duitschland terug, werkte ijverig voor de Borneo-missie en vooral voor de loskooping der slaven. In 1850 trok hij in dienst van het Nederlandsche Bijbelgenootschap, maar toch ook in verband met de Rheinische Mission weder naar Borneo, waar hij in de jaren 1850—1856 de vertaling van den ganschen Bijbel in het Dajaksch voltooide.

Op zijn station Palingkan ontstond later uit vrijgekochte slaven een gemeente. In 1859 keerde hij naar Duitschland terug.

Pastor Harms van Hermansburg benoemde hem tot superintendent van de zending in ZuidOost-Afrika waar hij tot 1864 bleef. Weder teruggekeerd arbeidde hij nog voor de Inwendige zending in Reinstedt, Flensburg en Mariënberg (Brunswijk).

Daarna leefde hij in ruste.

< >