I. Beteekent: mijn volk.
Am, volk wordt in de Schrift bijzonder gebruikt voor Israël, het volk Gods. Hierop berust de voorspelling Hos. 1 : 9 en 12; 2 : 22.
Israël was Ammi, het volk Gods, doch moest om zijn zonden genoemd worden lo-ammi d. i. niet mijn volk. Evenwel zal God aan Israël genade betoonen en weer tot Israël zeggen: Gij zijt mijn volk, waarna Israël antwoorden zal: O, mijn God!