Dit word gezegt van zulke, die tegen malkanderen om ’t langste einde trekken. Doch dat kan hebzieke baatzuchtigen wel zeer buiten hunne gissing uitvallen, wanneer zy het touwtje te sterk trekkende, het einde in de hand houden, of dat hen dit als een gladde paling ontglipt.
Die te wydgaapt, en ’t al, of te veel wil hebben, krijgt dikwijls niet met al. Vaster gaat hy, van wien men zegt: Hy heeft de koe by de hoornen. Hy heeft het hecht in de hand.