Hoe men in verscheide Oostersche en andere Zeehavens vrouwen voor een zekeren tyd huuren kan, is bekent. Hier van bedienen zich zommige maar al te veel.
Daar uit is ook ’t spreekwoord van een hoerenkater, die ergens slecht gevaren is: Hy is op een vreemde haven geweest. Dat is dikwyls de vrucht van zulke huurwyven. Op zulk een wyze spreken zommige van by de week te trouwen. Maar men behoorde die in ’t rasphuis hunne bruiloft te laten houden.