Dat is, hem plaagen en quellen. Ribbezakken is als verhapzakken.
De Westfalingers noemen een degen de ribbe dat mogelyk uit de oudheid is. Een houwdegen gelykt naar een rib. In ’t oud-noordsche gedicht van den Deenschen Koning Regner Lodbrog vind men het zwaard door verscheide zulke verbeeldingen uitgedrukt. Ribbezakken zoude dan zyn, ymand met den degen op de huid komen.
Doch ’t word wel in een ruimer zin gebruikt. Men spreekt ook van de geldbeurs te ribbezakken. Zo geschied van buideldorschers, die op den meelzak kloppen, dat ze stuift, of geld uit den buidel kloppen.