Dit spreekwoord behelst eene nuttige houwelyks lesse, De zin is, dat men in ’t verkiezen van eene houwelyksgade, meer moet acht geven op goeden raad en getuigenisse, Spreuk 31: 30. dan op de begeerlykheid der oogen, als Genes 6: 1. Doch de ouden zeiden ook: Om den mond is menighouwelykagter gebleven, te weten, den mond van quaadsprekers.
Zo dienen de ooren ook oogen te hebben.