Deze is een nabestaande bloedverwant van een goede slokker. Maar wat drukt die naam uit? Ik twyfel niet, of daar in is ’t Hoogduitsche aus, uit, dat de Nederlanders gewoon zyn tot oes te vervormen, als in roes, enz.
De d word dikwijls tusschen in gelascht, b. v. in inwoonder, voor inwooner. ’t Zegt dan, een slobber-uit. Zulke hebben dus een zweem naar honden, en verkens.