Dit zegt men van iets, dat men zekerlijk quijt moet achten. Ik gis dat P wil betekenenperiit, ofperdu, verloren. ’t Is mogelijk niet ongegrond te denken, dat dit speelt op de oude wijze van ’t stemmen der Rechters by de Grieken en Romeinen.
Deze ontfingen drie berdekens, elk beschreven met eene letter, de aanvang van een woord. Dit was by de Grieken T, Th, en A. By de Romeinen A, C, en N. L. De T by de Grieken, en A by de Romeinen sprak vry. Th by de Grieken, en C by de Romeinen veroordeelde. Maar A by de eerste, en N. L. by de laatste, stelde de zaak noch uit, tot nader licht. Deze grieksche letter theta, by ons th, wierd genaamt de zwarte, of ongelukkige. Wanneer die van de Rechters voor ymands naam geschreven wierd; ’t was te zeggen, dat ze hem ter dood verwezen. Zo mede, het getekende met die letter droeg het brandmerk, dat het afgekeurt wierd. Nu schijnt de P eenigermaaten in de plaats gekomen te zyn. Dus zegt men ook van ymand, dien men verloren en weg acht, Hy is doorgeschreven. ’t Moet niemand ongelooflijk voorkomen, dat dit van de Romeinsche rechtspleging zoude konnen gesproten zyn. Immers hadden zy ook hunne vierscharen in deze gewesten.