Anders is dit spreekwoord: Tot vleesch van wolven, tanden van doggen. Dit komt over een met: Tot een harden quast, behoort een scherpe beitel.
Hard tegen hard. Barmhertigheyd tegen de wolven, is wreedheid tegen de schaapen. Zy zitten als grypvogels op de wacht. Dat is het zelve met, Hy zit als een havik op den tuin, die maar loert op zyne prooi, om die schichtig op ’t lyf te storten.
Dieymand overrompelen wil, moet haast maken.