Dat is, haastig en ’s evens. Ik twyfel niet, of ’t is het zelve woord met pof.
Poffen is nederstorten, gevormt naar ’t geluid van iets zwaars, dat neder valt. Van dat poffen is ploffen met eene ingeschoven l; en daar van plotsen, voor ploftsen, daar een f ingevlyt is. Op een bof, is danplotselyk. Dus is eens sloegs eens slags, met eenen slag, even als eens klaps, of klops, met eenen klap, of klop.
Job 36: 18. Men zegt zo mede: Op een sprong. Maar bof heeft een anderen zin in dat spreekwoord: Bof, baf drie mylen daar af, is goed voor ’t schieten. Men zegt ook pof, paf.
Dit drukt het geluid van den schoot uit.