Dat is, niet schoon, noch te lelijk, niet te net, noch te slordig. Y! zegt men, als men zich over iets verwondert.
Y! dat ‘s mooi! Maar fy! als iets voorkomt, dat lelyk, vuil, en stinkende is. Dus zegt men van een middelslachtje: Zy is voor jemy, ofjeminy bewaart.