Dat is, hy bederft zyn gezicht daar door. Doch ’t gevaar is zo groot niet by die schreyen van twaalf uuren tot den middag.
Men vind’er ook wel, die traanen met tuiten schreyen, en huilen als hofhonden; terwijl alles maar gemaakt werk is. Een troost voor zulke is, dat ze de traanen die zy schreyen, niet behoeven te pissen.