Dat zegt men van ymand, die op de klap geraakt is, en waar van yder den mond vol heeft. Zo word hy op de tong van Heer Omnis, als op een paard of wagen, omgevoert.
Maar, zegt men,'t Is een schelm, die’er wat afdoet.'t Gerucht groeit aan als een sneeuwbal. Doch van hooren zeggen, liegt men veel. Zo is een oogetuige geloofwaardiger, dan tien oorgetuigen. Aan het eerste is niet ongelijk: Hy word langs de straat omgedragen als stinkende visch. Elk heeft’er den mond vol van.