Bouw- en Vastgoedlexicon

Hendrik Leurs (2015)

Gepubliceerd op 22-02-2017

Schadevaststellingen

betekenis & definitie

Op basis van visuele waarneming vast te stellen schadeposten aan constructiedelen – niet limitatief:

1. Scheuren / breuken: smal, breed, star, beweeglijk, grillig;
2. Ontbrekende stukken: vlak werk, lijsten, invullingen, onderdelen, afwerkingen, hulpstukken, ornamenten, figuraties, hoeken, losse elementen, gaten, zoutaantasting, vocht;
3. Verstoringen / aantastingen oppervlakte: dichtgeschilderd, oneffenheden, verwering, afbladderen, afzanden, opzwellen, graffiti, vervuiling;
4. Verkleuringen: zoutuitbloei, vocht, condens, rook, corrosie;
5. Verzakkingen / vervormingen: constructief, aantasting drager door vocht, houtboorders, corrosie, ouderdom, trillingen;
6. Begroeiing: mos en algen, zwammen, inwatering;
7. Toevoegingen: kabels, leidingen, armaturen, boorgaten, pluggen, obstructies, restauraties;
8. Holle ruimten: holklinken.

< >